• Home
  • Partusassistentie
  • Pasgeborene
  • Kraamvrouw
  • Voeding
  • Infectiepreventie en hygiene
  • Algemeen
    « 1. Zorgprotocol Observatie en controle kraamvrouw, versie 5.0

    4. Verantwoordelijkheden

    De kraamverzorgende

    • Informeert de kraamvrouw over het doel, de werkwijze en de frequentie van de controles/observaties en vraagt toestemming;
    • Voert dagelijks onderstaande observaties uit bij voorkeur ’s ochtends bij het opstaan van de kraamvrouw en eventueel ’s middags na het rusten;
    • Noteert de bevindingen in het zorgdossier;
    • Geeft de kraamvrouw instructies; bijv. over eventuele zelfcontrole bij minimale zorg van 3 uur;
    • Maakt afspraken met de verloskundige over de controles bij verlenging van de zorg;
    • Rapporteert afwijkingen in het zorgdossier (en op de templijst) en meldt dit aan de verloskundige;
    • Voert bij afwijkingen volgens de ISBARR methode het gesprek met de verloskundige;
    • Voert in overleg met de verloskundige de voorgestelde interventies uit;
    • Schrijft zelf geen medicatie voor en adviseert niet, ook geen zelfzorgmiddelen, overlegt hierover met de verloskundige (zie Zorgprotocol medicatiegebruik).
    « 3. Doelgroep/toepassingsgebied 5. Benodigdheden »